Feddie Bandula 2/2
Geen plaatselijk onderzoek?
Kol. Nieuws en adv blad. 07-10-1927, jg. 79, nr. 82
Coronie, September ’27.
M. d. R.,
Algemeen werd hier verwacht, dat er in verband met de heerschende toestanden, na de vechtpartij op 1 September, van Overheidswege een onderzoek zou worden ingesteld. Hiervan is er tot nu toe niets terecht gekomen en intusschen zijn de verdachten gevankelijk naar de stad vervoerd.
De P.G. is een man, die op ‘t oogenblik door een ieder wordt aangezien als een rechtvaardig mensch. Van hem wordt geen onrecht verwacht, maar weet Z.H.E.G. dat ‘t geheele onderzoek geleid is door de heer Oppenheimer, die zelf in de zaak betrokken is? En terwijl de heer Boonacker (toen dc van Nickerie en 1ste waarnemend dc van Coronie, red. coronie.eu ) ter plaatse was?
Wat nu te denken van zoon onderzoek? Zelfs toen een der verdachten de heer Boonacker spreken wilde, ging Z.E.G. op de zaak niet in en scheepte de verdachte weg met de woorden: „Jij gaat naar de stad”. Wie zijn de getuigen in deze zaak? Zijn er geen getuigen meer te vinden? Heel wat vragen kunnen nog gesteld worden, maar eventjes nog een paar feiten bekeken.
‘t Relletje vond plaats Donderdag avond. Feddi kwam by de dokter Zondagmorgen. Z.E. zag niets bijzonders aan Feddi. Beambte Patterson beweert een stokslag te hebben gehad dien Donderdagavond, maar werd op dat oogenblik niet onderzocht door den dokter. Hij ging op dat oogenblik Feddi halen, hij heeft zich daarbij niet onbetuigd gelaten. Wanneer de dokter kon vaststellen, dat Patterson een slag was toegebracht, weet ik niet, maar een visum repertum (dokters attest, red. coronie.eu) kreeg hij in elk geval. Ook ben ik zeer benieuwd te weten, op welke manier de afmetingen van de wonde, beambte Lioe Awan toegebracht, zijn bepaald. Het gebrekkige licht in ‘t Hospitaal zou bij het schatten kunnen bedriegen. Wat ik gevaarlijk vond, is, dat Lioe Awan reeds eenige dagen na de verwonding zoo luid mocht praten, nu en dan zelfs zingen en fluiten en rooken ook. Kon ‘t laatste de keel niet prikkelen en hoesten veroorzaken, wat nadeelig , kon zijn voor den patiënt?
M. d. R., Ik blijf de meening toegedaan, dat een onderzoek ter plaatse door een autoriteit uit de stad meer gerustheid zal schenken.
Ontevredene.
Opm. red. coronie.eu: Feddie Bandula werd gedetineerd te Bakka-foto. Tijdens zijn detentie werd hij zodanig mishandeld dat hij na terugkeer in Coronie mank/krom liep. Hij kreeg in de gevangenis vaker – wat men toen noemde – krong boei om (vorm van vastbinden van gevangenen, als leguanen, aan handen en voeten en dezen dagenlang op de koude stenen vloer achterlaten). En dan krijgen ze op de koop met de zweep. Na enkele weken krong boei kan je nooit meer normaal lopen). Na zijn gevangenschap liep Feddie dan ook niet meer normaal. Oppenheimer kreeg of nam in 1930 ontslag als districtsklerk, maar wat wel zeker was, dat het verleende ontslag niet eervol was (zie Kol. Nieuws en adv blad. 24-10-1930, jg. 82, nr. 85 en vergelijk).
Anekdote over Feddie verteld door ouderen: eens had Feddie als twintiger – toen hij al geen lekkere jongen was – zoals vaker gebeurde weer eens om 12 uur overdag heerlijke ton’tong brafu bij zijn tante Cornelia Braaf in de Derde straat te Totness versierd. Zijn tante stond bekend om haar geweldige kookkunst, vooral van soepen. Haar roepnaam was ”oma Naas” (afgeleid van “oma van naast”) Op zekere dag, nadat Feddie zijn buikje weer eens vol had gegeten bij zijn tante, grapte hij uit béréfuru tegen zijn tante: mi tanta da’ té mi nanga yu miti na didibri-faya, dang mi o poti kadjie-udu (brandhout) lont’yu, dang mi sut’faya gi yu en hij begon te lachen. Oma Naas had geen eigen kinderen, maar had toch wel een professionele tamarinde zweep in huis, omdat veel ouders in de straat haar vaker uitnodigden om hun kinderen een flinke, vakkundige en vooral onvergetelijke afrossing te geven. Zo was ze dus ook de vrees van alle kinderen uit de buurt, want als een moeder zei: sang? u go kari’ oma Naas gi mi, dan zat je pas goed in de problemen! Ze kon opdracht geven aan kinderen op het erf om je gevangen te nemen en naar haar toe te brengen voor een afrossing. Ze zei na het aanhoren van de aanklacht van de moeder van het kind: sang? u kies’en’gi mi! Dan zaten alle andere kinderen de beklaagde achterna om hem/haar voor oma Naas gevangen te nemen voor een afrossing.
Terug naar Feddie: nadat ze die onsmakelijke grap van Feddie had aangehoord zei ze: Feddie boi, yu kong dya, yu nyang mi nyang, yu s’don tap’ mi kanapé, dan yu e taigi mi so wang sanni. Ze pakte haar zweep van de muur met de woorden Feddie drai, mek’mi wallapu yu lasi gi yu (Feddie keer je om zodat ik je kan afrossen)!! Feddie keerde zich braaf om en accepteerde uit respect voor zijn tanta 2 ferme zweepslagen op zijn achterste voordat hij lachend en toch kreunend van de pijn het huisje van oma Naas uitrende. Alleen t.o. zijn tanta gedroeg hij zich tam (binnenkort een groepsfoto met o.a. Oma Naas,Tita, Koelie Louisa, Tan’tFroortjie Banwarie, Lina Bischop, Néné Nibte, enz).
(Herwin Hooplot)