HET COMMISSARIAAT VAN CORONIE.
De West-Indiër: Dagblad toegewijd aan de belangen van Nederlandsch-Guyana
Redactioneel artikel: Woensdag 29 maart 1893
Wie nog voor ‘t eerst een bezoek heeft gebracht aan het district Coronie, heeft daarvan een zóo diepen indruk gekregen, dat hij hieraan meestal op geen andere wijze uiting weet te geven, dan door in de scherpste bewoordingen af te keuren de groote onverschilligheid, die sedert jaren voor dat district bij opgevolgende Besturen schijnt te bestaan. Algemeen heet Coronie het schoonste, gezondste, best gelegen deel der kolonie, dat de moeite ruimschoots zal loonen, die besteed mocht worden aan het bevorderen zijner ontwikkeling en welvaart.
Toch is er misschien geen district, waaraan minder de aandacht wordt geschonken dan Coronie. Zelf werd het vroeger als een strafetablissement beschouwd, zooals tegenwoordig Boven Commewijne, waarheen gezonden werden de ambtenaren, die redenen tot ontevredenheid hadden gegeven, of die voor een degelijk en krachtig Bestuur van een district of zelfs voor elke bijzondere administratieve betrekking volslagen gemis aan geschiktheid hadden aan den dag gelegd.
Bij de kennisname der tusschen Bestuur en Staten gewisselde stukken over de verordeningen, houdende verdeeling de kolonie in Districten en betrekkelijk het Districts-Bestuur kregen wij de hoop dat dit begrip geheel was verlaten, om plaats te maken voor een ruimere en tevens plichtmatige opvatting van de wijze, waarop in ’t bijzonder Coronie voortaan zou worden bestuurd.
Reeds in de Memorie van Toelichting op die verordeningen lezen wij: als er gelegenheid is om een DistrictsCommissaris eenigen tijd te belasten met de waarneming van een ander District dan heeft dit groote voordelen, omdat hij dan ziet hoe in andere Districten de zaken behandeld worden; maar hij moet vooral leven in zijn eigen District; dat tot welvaart brengen; daarin zijn ambitie zoeken dat een District onder zijn leiding tot ontwikkeling is gekomen.
En die ambitie wordt belemmerd, wanneer hij altijd ziet naar een District met hoogere bezoldiging en hij geen kans heeft in zijn eigen District eenige meerdere bezoldiging te krijgen.
“Vooral het beginsel dat de DistrictsCommissaris in zijn eigen district moet leven, en dat tot welvaart brengen; daarin zijn ambitie zoeken dat een district onder zijn leiding tot ontwikkeling is gekomen, gaf de rechtmatige hoop dat, werd het ook op Coronie toegepast, hoogst waarschijnlijk er toe zou leiden, dat dit district langzamerhand uit den staat van geheel verval, waarin het thans verkeert, zou kunnen worden opgericht.
De Memorie van Antwoord op laatstgenoemde ontwerp-verordening, versterkte dit vooruitzicht nog meer. Volgens deze wordt zelfs in ’t bijzonder aan den Districts-Commissaris van Coronie een veel uitgebreidere werkkring toegedacht, dan o. i. in redelijkheid mag worden verlangd, omdat van hem daarin werkzaamheden worden gevorderd, die hij uit gebrek aan de daarvoor onontbeerlijke kennis niet zou kunnen vervullen.