De Verliefde DC , (L’histoire se répète) deel 2/3

De Verliefde DC , (L’histoire se répète) deel 2/3

Koloniaal Nieuws- en Advertentieblad 1927. No. 63,  79ste Jaargang.

Open brief aan „Coroniaan”,correspondent van „Suriname”

Coronie, Juli 1927.

Amice Coroniaan,

Er was een tijd, waarin ik met genoegen je brieven uit Coronie  las. Dezer dagen echter bevalt je schrijven me niet. Niet omdat je bezijden de waarheid bent, maar omdat je ons iets ontnemen wilt, dat je ons niet kan geven. ‘t Is hier zoo eenzaam, niets gaat er om, geen afleiding; en nu Oppenheimer ons met zyn commissarieele toeren zoo aangenaam bezighoudt, nou kom je als een spelbreker er tusschenin, om de menschen in de stad te vertellen, dat we hier reuzen lol hebben. Als zijn EdelGestrenge nu ophield, zou jij kunnen voorzien in de behoefte? Wat kan ‘t je schelen, of hij als een verliefde kater rond zeker huis loopt? Hij mag gerust verliefd zijn en rare dingen doen. En jij van jou kant mag gerust spèculeeren op een stuk karoebojo op de bruiloft. De man mag alles doen wat er in zijn kale knikker opkomt; ‘t is zijn schuld niet, dat hij plotseling tot Commissaris werd gebombardeerd. Ik wed, dat hij er nooit aan gedacht heeft secretaris, laat staan commissaris te worden. Laat hem dus met vrede, wij hebben plezier, of ‘t in ’t belang van Coronie is of niet, komt er niet op aan; we hebben lol, dat’s een feit. Je weet bovendien niet, hoeveel schoon ondergoed het hem kost, als er weer een brief van je in de krant verschijnt. Wat moet zijn gezellin er wel van denken? Van de politie moet je ook niets kwaads zeggen, want de dubbele streep die de brigadier, ondanks de verstandhouding met Van Dale, dezer dagen verwacht, krijg jij toch niet. Luister naar mijn raad, „Coroniaan” ik meen het wel met je. 

Je vriend,

Alexander.

Wordt vervolgd

Bladwijzer de permalink.

Reacties zijn gesloten.