De grote droogte 1926 (Kronieken)
1926 staat in de Kronieken te boek als een jaar van grote droogte. Met uitzondering van 18 en 19 december 1925, had het vanaf 2.2 augustus 1925 niet meer geregend tot eind april 1926. Lees ook Maswa van Eddy Bruma
1926 staat in de Kronieken te boek als een jaar van grote droogte. Met uitzondering van 18 en 19 december 1925, had het vanaf 2.2 augustus 1925 niet meer geregend tot eind april 1926. Lees ook Maswa van Eddy Bruma
Het was niet meêgeloopen. Onze bedoeling was te voet naar Coronie te gaan, beginnende aan den linkeroever van de Coppename, ergens nabij de monding, over de rits, die volgens gegevens van wijlen den Gouvernementslandsmeter, den bekenden onderzoeker der binnenlanden van Suriname, W. L. Loth, ongeveer evenwijdig aan de zeekust-lijn moest … Verder Lezen…
Sinds een maand zit ik in Coronie. Waarom? Voor herstel van gezondheid of.. om het anders uit te drukken… om eens wat uit te rusten. De koorts is in den laatsten tijd nog al terug gekomen en… om de zaak nu flink aan te grijpen, ze men: Neem enkele maanden … Verder Lezen…
Met de komst van pater J. de Kort op 20 oktober 1914 in Coronie deed ook het patronaatswerk zijn intrede. Door pater Nederveen waren er destijds al enige aanzetten toe gegeven, in die zin dat hij een 8-tal grote jongens bijeengebracht had. Maar deze opzet slaagde niet. De leeftijd speelt … Verder Lezen…
Oprichting van het Santa Verbontoe te Coronie. Het doel werking enz blijkt uit het volgende Reglement dat op Zondag 9 Januari 1876 na de H Mis te Mary’s hope en Zondag 16 Januari 1876 te Burnside plechtig is voorgelezen.
Bij vieren waren we te Totness. De gastvrije woning der familie Voland heeft terecht een goeden naam in onzen kring.. Hier in Totness heeft de zendingsfirma een filiaal gevestigd en Broeder Voland staat aan ’t hoofd daarvan; ook is Totness sedert tal van jaren een dochtergemeente van Salem, de moedergemeente … Verder Lezen…
Er komen nu zowat 100 kinderen op school. Ik ben zelf verwonderd geweest na 3 jaren afwezigheid, over hunne vorderingen in het leeren, stilte, zedigheid en ijver. Het heeft mij zelf getroffen, het volk zoo goed te hooren medezingen in de kerk, onder de mis en lof zelfs latijnsche gezangen!.
Eenige dagen na onze terugkomst uit Nickerie gingen wij weder op reis en wel naar Coronie.Paaschmaandag 6 april vertrokken wij. Ons reisgezelschap bestond uit Monseigneur, mijn socius, de eerwaarde Moeder en twee Zusters Franciscanessen uit Paramaribo en mijn persoon.